Iets anders

Ja, ik weet het. Ik heb jullie in het eerste deel van mijn column een vervolg beloofd van die sessie. Maar door omstandigheden is het er niet van gekomen. Iets wat ik eigenlijk ook geen ramp vind. Sommige dingen hoeven immers niet bekend te worden. Of wel dan? Zoals mijn rampzalige, brasemrijke begin dit jaar. Echt iets waar ik liever over zwijg. Maar gelukkig is het allemaal weer goed gekomen. Ik zal maar eens beginnen met een blik op het begin van dit jaar. Pva-zakjes met pellets en gebroken boilies zouden het zaakje moet klaren op de vijver. Vorig jaar had ik zoveel actie op de single hookbaits en dit moet ook wel lukken. Voor een witvisser ja, maar niet voor mij. Over de dertig brasems, 2 windes en slechts twee karpers in evenveel sessies als ik vorig jaar nodig had om een winde, een hybride en een achttal karpers wist te vangen. Gewoon maar vijfentwintig procent van de vangst van vorig jaar in dezelfde veertig uurtjes. Iets wat niet bepaald goed is voor het vertrouwen. Tijd om dus eens wat anders te gaan doen. Hup, snel de spullen pakken na het eten en nog even op stap met de hengel. Even een uurtje ertussen uit knijpen op het watertje waarvan ik de vervolg zou geven. Snel die ene hengel optuigen, zakje eraan en uitleggen tegen een plukje riet dat ik al enkele dagen elke keer weer zag bewegen. Blikje cola erbij en maar lekker liggen in het voorjaarszonnetje. Wat een perfect leventje zo. Lekker veel vrij van school en binnenkort al vakantie. Allemaal tijd om weg te dromen aan de waterkant. Tijd die ik wel elke dag wil doorbrengen in dit grasveldje dat ineens een enorme mierenhoop blijkt te zijn. GVD, wat een massa insecten. En ze zitten ineens echt overal. Als een gek begin ik ze van me af te slaan, te vegen en net op dat moment klinkt er een felle piep. De jeuk van al die pootjes en beten wordt vergeten door een aanbeet. Snel wordt de hengel uit de steunen gegrist en terwijl ik op mijn horloge kijk wordt de vis gedrild. Binnen een half uur al een run zonder ook maar iets voor te voeren. Gaat dus lekker zo. Voor de kant blijkt het Frommel weer te zijn. Een oude bekende die ondanks zijn gewoonweg gore, mismaakte bek (komt dankzij enkele prutsers van het putje waar hij vermoedelijk oorspronkelijk vandaan komt) zeer welkom is. Snel een fotootje op de mat en weer terug ermee. Op naar huis, de avond achter de computer doorbrengen en tegen iedereen die het wel maar wil horen zeggen dat ik op de pellets ook eens wat anders dan brasem vang.

foto2

De weken erna komt weinig van vissen terecht en de uurtjes die er nog insteek worden met niks noemenswaardig beloond. Ik word er zelfs onrustig van. Niks kan me op het moment lang genoeg boeien om er enkele sessies achter elkaar te vissen en ik blijf maar wat rond zwerven. Na een stop van drie weken weet ik het dan toch weer. Tijd voor een moeilijke, zo niet de moeilijkste put die ik hier in de buurt weet te liggen. Een kleine, diepe, heldere afgraving die luistert naar de trefwoorden: lastig, zware vis en een enorme drukte. De aanpak wordt lekker simpel gehouden. Struinen met als rig enkel een haak en een boilie op de hoofdlijn. Freelinen dus. De eerste ochtend verloopt zonder succes en ik weet zelfs geen enkele tekenen van karper te zien. Toch zijn ze al actief en wordt er met regelmaat vis gevangen. En wat voor een. Een tijdje geleden was er nog door iemand een leuke vangst geweest van drie vissen boven de magische grens in een weekje. Geluk, toeval of een goede aanpak. Who cares? Zolang ik dat ooit ook maar eens mag meemaken. De tweede ochtend heb ik ook al weer geen geluk en besluit ik na enkele uurtjes maar in te pakken en gezellig even bij een local te gaan zitten. Net als ik daar zit krijgt hij een aanbeet en weet ik na enkele minuutjes de vis voor hem te landen. Een slanke schub is het resultaat. “En dat binnen een half uurtje vissen” hoor ik hem nog zeggen. Net op dat moment hoor ik een vis uit het water komen. Recht op een van mijn aangevoerde stekken en driemaal achter elkaar komt de spiegel het water uit. Toch maar snel de hengel optuigen en ernaartoe. Eenmaal aangekomen zie ik dat al het voer is weggevreten en ik besluit maar enkele handen pellets en wat boilies te voeren. Na een kwartiertje of hooguit twintig minuten komt dan de eerste vis aanzetten. Een brasem van dik een halve meter waagt zich boven de voerplek in het heldere water. Na even wat rondgezwommen te hebben is hij ineens weer weg. Een minuut of vijf later zie ik de brasem, te herkennen aan de witte vlek op de rug, dan toch weer. Nu met twee maatjes van hem. Rustig beginnen ze wat van de pellets te snoepen. Al gauw komt de rest van de school aan en zie ik hoe de hele stek schoongeveegd wordt door de beestjes. Snel nog maar wat meer voer erbij en hopen dat ik zo ook de vis die sprong terug krijg. Even later kan ik tevreden zeggen dat het me nog is gelukt ook. Twee schubs en een spiegel zwemmen over de voerstek en blijken geïnteresseerd te zijn. Vrolijk wapperen de staarten en de bekken blijven de hele voerplek langs gaan. Dan zie ik ineens een brasem naar mijn haakaas zwemmen. Shit, shit, shit. Wat nu? Wegtrekken in de hoop dat de brasem het niet pakt maar de kans lopen dat de karpers schrikken of zien hoe een brasem straks met zijn gespartel de andere vissen wegjaagt? Dan komt ineens de spiegel aangezwommen. De brasem draait weg en blijkt toch door te gaan op de pellets. Dan zwemt de spiegel weer weg, de lijn met zich meenemend. De lijn loopt strak en met een vinnige tik verandert de rustige stek onder de oever in een heksenketel. De slip tikt, de hengel buigt, de visser lacht en de vis vlucht. Even later is het anders, de visser lacht niet meer. Los! Vorig jaar heb ik hier gewoon vijftig uurtjes moeten wachten op ook maar een vis te landen. En nu verpruts ik hem.

De sessie erna heb ik ook al niet echt geluk. Een van de pas nieuwe hengels begeeft het tijdens een worp. De wet van Murphy? Toch? Even later komt een kennis van me langs. Hij ging het eens aan de oppervlakte proberen. Hoewel oppervlakte vissen er eigelijk verboden is (rare vereniging) ben ik na de vangst van een vijfentwintig ponds schub, een losser en veel aandringen van Jurgen dan ook maar bezig met een controller en een aangepaste onderlijn waarmee het aas op slechts 5 cm onder het oppervlakte hangt. Binnen een kwartier is het raak en weet ik, met de vangst van een schub die een nieuw PB betekent mijn visserij op dat water compleet om te gooien. De sessies erna zijn echt sessies om van te dromen. Van een sessie met acht vissen in een tweetal uurtjes op een parkvijver tot een lading 20-ers tot 14,6 kg op het moeilijk water. En allemaal aan de oppervlakte. Geweldig! Maar helaas blijven op zo’n watertje de vangsten niet onopgemerkt en lijkt het ineens of iedereen aan de oppervlakte zijn slagje wil slaan. Na de vangst van een dertiger door iemand die echt alles van me gekopieerd blijkt te hebben (onderlijnen, onderlijnlengte, aas, en stek) heb ik er dan ook genoeg van.

Tijd voor wat anders. Alweer!

Add a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *